
Deze week is Bert Brussen gevraagd om een lezing te geven over het thema ‘Nieuwe Media en Journalistiek’. Hij opende zijn lezing met de woorden: “Achter het scherm heb ik normaal gesproken altijd een grote bek, maar ik heb eigenlijk nog nooit voor een zaal met zoveel mensen gestaan. Als jullie mij achteraf een slechte spreker vinden, dan kan dat dus kloppen.”Dit maakte hem in mijn ogen juist een goede spreker, omdat hij meteen de aandacht van het publiek te pakken had. Tijdens zijn lezing hield hij de studenten geboeid, door ons in zijn verhaal te betrekken door middel van vragen.
Voorafgaand aan het hoorcollege heb ik wat research naar hem gedaan. Ik kwam iets interessants tegen in een nieuwsuitzending van BNR Nieuwsradio van 23 september jongstleden. In het fragment wordt hij geïnterviewd samen met Hans Wansink (politiek commentator van de Volkskrant) en Jo Bardoel (hoogleraar Journalistiek en Media aan de Radboud Universiteit Nijmegen). Het interview gaat over de staat van de journalistiek door de komst van de Nieuwe Media. Brussen geeft in het interview aan dat de zogenaamde ‘crisis’ omtrent kwaliteit, die zich op het moment afspeelt in de journalistiek, niet overdreven moet worden. Dit leverde mij een mijn eerste vraag voor tijdens het hoorcollege op (zie onderaan). Brussen geeft ook aan dat hij zichzelf expres geen journalist noemt, omdat hij zich anders aan allemaal regels moet houden. Hierdoor kwam ik op mijn tweede vraag (zie onderaan).
Brussen gaf in het hoorcollege aan dat hij vooral bekend is doordat hij een bedreiging aan het adres van Geert Wilders heeft geretweet. Hij is toen door het OM als verdachte verhoord. Naast ‘verdachte’ is hij ook blogger voor geenstijl.nl en voor zijn eigen website. Hij schrijft controversiële stukken over actuele zaken. Eerder blogde hij onder het pseudoniem ‘Lucas de Linkse Lul’, maar aangezien tegenwoordig iedereen op internet met gemak kan achterhalen van wie een bepaald pseudoniem is, besloot hij maar gewoon onder zijn eigen naam te gaan schrijven.
Hij vindt dat het internet nog te weinig wordt gebruikt; “het is nog onontgonnen gebied”. De oude media (kranten en televisie) moeten snel inspringen voordat er een enorme kloof ontstaat tussen die media en de Nieuwe Media. Ze moeten volgens hem participeren op het internet. Als iets/iemand niet aanwezig is op het web, dan bestaat het/hij niet; of dan wordt het/hij in ieder geval niet opgemerkt door het grote publiek. Online journalistiek is een speciale manier van uiten. De kernwoorden zijn ‘filmpjes’, ‘hyperlinks’, ‘weinig tekst’ en ‘up-to-date’. Vooral dat laatste is belangrijk: nieuws is op het moment dat het gebeurd nog nieuws en een paar minuten erna al bijna niet meer. Volgens Brussen kan de mens eigenlijk al niet meer zonder een medium als twitter: “het is ingebed in de samenleving”. Dit vind ik wel een erg radicale uitspraak aangezien er maar ongeveer 200.000 Nederlandse (actieve) twitter-acounts zijn.[1] Zelf heb ik ook geen twitter en als ik Brussen moet geloven, ben ik dus eigenlijk een buitenbeentje; iets waar ik me gelukkig niet echt in kan vinden.
Vroeger was nieuws iets van het achtuurjournaal en nog vroeger van de kranten, maar tegenwoordig levert iedereen die actief is op internet zijn bijdrage aan het creëren van nieuws. Dit is de ontwikkeling die Alfred Hermida beschrijft in zijn artikel “From TV tot Twitter: How ambient News became ambient journalism.”[2]
De Nieuwe Media hebben volgens Brussen echter ook nadelen, bijvoorbeeld: “Mensen zeggen online sneller dingen die ze normaal niet zouden zeggen.”Daarnaast geeft hij aan dat er ongelofelijk veel troep online staat. Zo bestaat een gedeelte van de tweeds op twitter vooral uit beledigingen en scheldwoorden. Ook geeft hij aan dat de betrouwbaarheid van informatie in het geding kan komen, doordat iedereen ‘vrij’ is om te zeggen wat hij/zij wil. “Vroeger had je nog de code van Bordeaux (voor journalistiek) die aangaf waar de grenzen lagen van het betamelijk en goed fatsoen. De bloggers van tegenwoordig houden zich hier totaal niet meer aan.”
In het artikel van Mark Deuze komt ook naar voren dat het begrip ‘journalistiek’ met de komst van de Nieuwe Media een herdefinitie verdient.[3] Deuze stelt, net als Brussen, dat de Nieuwe Media het nieuwsproces enorm hebben versneld. Alles draait om up-to-date zijn. Dat heeft volgens Deuze het volgende gevolg: “..internet in reporting has sped up the news process, sometimes even causing journalists to spend more time at their desks instead of going ‘out on the street.”[4] Deuze erkent ook het probleem van anonimiteit op internet: “..verification of information is extremely difficult due to the often anonymou, fast-paced communication involved.”[5]
Zowel Brussen als Mark Deuze zien online journalistiek als iets anders dan ‘gewone’ journalistiek. Volgens Deuze is er sprake van een vierde soort journalistiek; naast drukwerk, radio en televisie.[6] Binnen het ‘vakgebied’ van de internetjournalistiek zijn ook weer verschillende soorten sites/platforms te onderscheiden op basis van interactie-mogelijkheden en in hoeverre de content wordt gecontroleerd .[7] Hij heeft het over verschillende vormen van interactiviteit die mogelijk zijn op het web. Een belangrijke conclusie is dat de Oude Media eigenlijk elke vorm van interactiviteit missen. Hierdoor zijn mensen meer geïnteresseerd in de Nieuwe Media; daar kunnen ze hun ei tenminste kwijt.
De Oude Media moeten actie ondernemen. Dat is de boodschap van Brussen en Deuze. Journalistiek krijgt een andere betekenis en het is waarschijnlijk nog een lastige klus om uit te vinden hoe interactiviteit en participatie niet ten koste van de kwaliteit zullen gaan werken.
Vragen bij de lezing:
Vindt u het een goede ontwikkeling dat iedereen met behulp van internet zijn/haar mening over alles kan geven? De samenleving wordt er zo ontzettend onoverzichtelijk van; al die individuen die maar hun zegje willen doen op hun eigen podium! En een medium als twitter bevordert toch alleen maar de oppervlakkigheid van een samenleving?
BB:Dat mensen op twitter oppervlakkig zijn, wil niet zeggen dat ze dat in het echt ook zijn. Denk aan studenten in hun sociëteit om half 2 ’s nachts. Die zullen waarschijnlijk ook niet veel interessants meer uit kunnen brengen, terwijl ze misschien de volgende dag weer college in de rechtsgeleerdheid volgen. Het is de omgeving waar mensen zich op een bepaald moment bevinden, die zorgt dat ze zich op een bepaalde manier gedragen. Wanneer een onderwerp op al die aparte podia terugkomt, kan het trouwens ook leiden tot een groot debat in bijvoorbeeld de politiek. Het heeft dus niet alleen een negatieve invloed op de samenleving.
Waarom is het zo belangrijk dat je als online-figuur niet aan regels gebonden moet zijn? Alles lijkt maar te moeten kunnen.
BB: Die regels zullen er waarschijnlijk wel komen. In eerste instantie was het juist de aantrekkingskracht van internet dat je zoveel vrijheid had, maar doordat er nu steeds meer problemen ontstaan, onder andere met betrekking tot privacy, zullen er steeds meer regels komen. Het is een soort van trial en error, doordat er nu dingen mis gaan/problemen opleveren, wordt er nagedacht over maatregelen.
[1] T. van Ringelestijn. “5 + 20 feiten over Twitterend Nederland”[31-07-2010] Website Webwereld.nl, http://webwereld.nl/de-vijf/66735/5---20-feiten-over-twitterend-nederland.html (laatst bezocht op 27 oktober 2010).
[2] A. Hermida. “From TV to Twitter: How ambient news became ambient journalism.” [2010] Media-Culture Journal 13 (2).
[3] M. Deuze. “The web and its journalisms: considering the consequences of different typles of newsmedia online.” [2003] New Media and Society 5 (2): 203-230, p. 203.
[4] Ibidem, 206.
[5] Ibidem.
[7] Ibidem, 205.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten